Huismuis = Mus Musculus
De huismuis is een knaagdier. Ze heeft een slank lichaam en haar zachte vacht heeft een bruingrijze kleur die iets lichter is op de buik dan op de rug. De huismuis heeft grote ogen en oren. De huismuis heeft aan de voorpoten 4 en aan de achterpoten 5 vingers. De staart van de huismuis is ongeveer even lang dan de muis zelf. De muis is 7 à 10 cm lang en de lengte van de staart is 6 à 10 cm. Hun gewicht varieert tussen 15 en 40 gram.
Het is een alleseter met een voorkeur voor vet- en eiwitrijk voedsel zoals granen, zaden, wortelen, peulvruchten, insecten, … . Ze houden minder van voedsel dat rijk is aan koolhydraten zoals fruit, groene planten, … . Eén muis eet per dag ongeveer 3,5 gram. Ze kunnen overleven zonder water zolang hun voedsel voor minstens 15% uit water bestaat.
Ze leven in holen, onder vloeren, tussen opgeslagen goederen, … .
Ze planten zich razendsnel voort: een vrouwtje kan 5 tot 10 keer per jaar jongen werpen, met per worp tussen de 5 en de 12 jongen. Hierdoor kan de populatie op zeer korte tijd uitgroeien tot een heuse muizenplaag. Ze bouwen hun nesten op beschutte plaatsen o.a. in en onder opgeslagen goederen, in kruipruimtes, … . Hiervoor maken ze gebruik van afgeknaagd materiaal en restafval. Vaak vind je nesten in de buurt waar ze hun voedsel vinden.
Ze zijn vooral ’s nachts actief.
De huismuis is een cultuurvolger: ze volgen de menselijke beschaving en zijn voor hun voedsel dus deels afhankelijk van de mens. Ze leven dus in de buurt van de mens: in huizen, winkels, magazijnen, fabrieken, stallen, boerderijen, … . Hun aanpassingsvermogen aan de omgeving is enorm groot en de huismuis kan in de meest extreme leefomstandigheden overleven.
Comments